Uit vorige geschriften 36 – Vijf psychiaters hadden jaren nodig om het niet te weten


Alinea’s uit onze vorige boeken


(…)

Nee, ik had nooit gedacht dat ik in het voorjaar van 2013 nog iets zou schrijven over het fenomeen Kim De Gelder
Zijn gedragingen waren even weerzinwekkend als gruwelijk.

Eind januari 2009, toen de doden van zijn daden door rouwend Vlaanderen ten grave werden gedragen, had ik het in een interview met Gazet van Antwerpen over mijn vaste overtuiging dat justitie binnen hetzelfde jaar de dader voor een volksjury zou brengen en de zwaarste straf zou opleggen.

Justitie had het voordien toch gepresteerd om de even maffe en even jonge Hans Van Themsche, na zijn dodelijke raid van mei 2006 in Antwerpen, al bij aanvang van het gerechtelijk jaar 2007-2008 voor het Hof van Assisen te brengen. Misschien omdat de publieke opinie op die manier kon gekalmeerd worden.
De zaak Van Themsche had immers het ideologisch gevecht tussen links en rechts aangewakkerd.


In de weken en maanden na zijn gruwelijke daden in Vrasene en Sint-Gillis-bij-Dendermonde zag ik geen reden waarom het met Kim De Gelder niet even snel zou kunnen gaan als met Hans Van Themsche.
Alles was duidelijk.
De belangrijkste vragen waren beantwoord.
Getuigen hadden hem bezig gezien tijdens zijn duivels ritueel in het kinderdagverblijf Fabeltjesland.

Hij was er vastberaden naar binnen gestapt met de bedoeling alle personeelsleden en alle kindjes te vermoorden met zijn messen en een bijl.


De Gelder had met vertraging maar met enige fierheid gretig alles bekend.
Een akelige vertelling, vastgelegd op video.
Het bewijsmateriaal tegen hem was verpletterend.
Als justitie het wilde, kon de procedure snel en foutloos worden doorlopen, ondanks het jarenlange gejammer vanuit de gerechtspsychiatrie waar nooit mensen en middelen genoeg zijn.


De grens tussen zwaar gestoord en krankzinnig
Justitie had alle troeven om dit dossier snel af te sluiten.
De zinloosheid van zijn moordplannen en zijn psychiatrisch verleden typeerden Kim De Gelder als een zwaar gestoord personage.
Knettergek, levensgevaarlijk gek.
Te gek om los te lopen.
Zo klonk het vanaf de eerste uren en dagen.


Eind januari 2009 was het voor iedereen duidelijk dat Kim De Gelder, hoe jong ook, nooit meer een vrije mens zou zijn.
De magistraat die een document zou ondertekenen, richting vrijlating of genezen-verklaring van De Gelder, zou nog moeten geboren worden.

Justitie hoefde geen proceduresnufjes uit te vinden of humanitaire regels te overtreden om korte metten te maken met deze kerel die voor de publieke opinie de belichaming was van het absolute kwaad.


Op de ranking van de criminaliteit scoorde hij hoger dan die andere iconen Freddy Horion (1946), Andras Pandy (1927) en Marc Dutroux (1956).


De bevolking was in blijde verwachting dat het dossier met de hoogste prioriteit door de raadkamer of de kamer van inbeschuldigingstelling zou worden gegidst.

Justitie moest een keuze maken:
richting volksjury wegens verantwoordelijk voor zijn daden of richting internering als krankzinnige.


Grote woorden, kleine marges
Velen gingen ervan uit – en hoopten zelfs – dat de psychiaters die bijklussen voor het gerecht, even snel als de publieke opinie tot de bevinding zouden komen dat deze cynische man, ongeneesbaar levensgevaarlijk en blijvend ontoerekeningsvatbaar is.

In dat geval zou de samenleving bespaard blijven van een mediaproces, alleen dienstig als promotie voor advocaten, verkoop van bedrukt papier met een opstoot van haastige en voorspelbare opinies.


Helaas, de vijf gerechtspsychiaters hadden jaren nodig om tot een conclusie te komen die ze alle vijf wilden ondertekenen, opgejaagd als ze waren door die andere gedragsdeskundigen die door de verdediging om een opinie waren gevraagd, tegengesteld aan de hunne.

(…)


De eerste pagina van ons boek “Kim De Gelder, te gek om los te lopen”


Lees meer in één van onze vorige boeken…


VORIGE