Denkend aan Jan Zagers (1931-2022)“Had Fred De Bruyne toen niet zo snel gereden, dan… “


Jan Zagers is overleden. Nee, niet Jan Segers, wel Jan Zagers. De man waarover ik in 1962 één van mijn eerste reportages maakte voor een weekblad dat helaas niet meer bestaat.


Jan Zagers, je kent hem niet?
Ik wel, hoewel het ruim vijftig jaar moet geleden zijn dat ik nog aan hem had gedacht.
Een overlijdensbericht in de krant mét een vergeelde, onscherpe foto in zwartwit van Jan Zagers in de trui van Belgisch kampioen bij het leger in 1951.
Ik zag het toevallig.

Alweer iemand, waarover ik ooit heb geschreven, die niet meer tot de levenden behoort.
Er zijn er zo veel de jongste tijd, helaas en een beetje bang makend ook.

Jan Zagers heeft zijn leven gehad.
Geboren in Meer anno 1931 en voleind deze week in Gooreind.
Het is weinigen gegund.


Gewezen beroepsrenner, een eretitel

*Jan was coureur.
“Gewezen beroepsrenner”, zo staat het vaak op overlijdensberichten.
Met de nadruk op “beroep”.
Want Jan heeft er vanaf 1952 goed zijn kost mee verdiend in de trui van Libertas.
Nooit in een andere trui gereden en er nooit aan gedacht te veranderen.

*In 1962, toen hij 31 was, is hij gestopt met koersen.
En hij hing de fiets aan de haak in zijn eigen fietsenwinkel in Brasschaat.

*“Oprichter Fietsen Jan Zagers Brasschaat.”
Het staat terecht met enige fierheid op zijn doodsbrief.
Aan die brief heeft hij helaas geenszins meegeschreven
Jan was al enkele jaren niet meer van deze wereld in het WZC Amandina in Gooreind.

Dat hij ooit in Luik-Bastenaken-Luik alleen door Fred De Bruyne geklopt werd en een volgend jaar vierde werd, dat was al lang zijn zorg niet meer.

Zo min als de treurnis dat hij nooit werd geselecteerd om de Ronde van Frankrijk mee te rijden, omdat er binnen de landenformule geen plaats voor hem was.


Een gelukkig man, dat zeker

*Het belangrijkste: Fietsen Jan Zagers bestaat nog steeds, nu tussen Maria-ter-Heide en Brasschaat.
Kleinzoon Robin runt nu de zaak, gekend als de beste en grootste wielerwinkel uit de streek.

*Waarom ik hier over Jan Zagers een stukje schrijf?
Ik was als heel jonge mens altijd al geïnteresseerd in deze coureur met het pekzwarte haar, het eeuwig lachende gezicht en het probleem met zijn oog.

Toen hij in 1962 stopte, kon ik hem interviewen, een groot woord in die tijd.
Jan bleek in een villa te wonen, volgestouwd met wat we vandaag oneerbiedig prularia zouden noemen, toen niet.

Zeven kinderen, waarvan twee coureurs en een mooie vrouw.
Jan was een gelukkig man.


De filosoof op de fiets

Of hij die villa en die kinderen en die vrouw verdiend had als de voldragen kermiscoureur die hij was geweest?

Jan was uitermate welbespraakt en gaf mij een levensles:
“Ja, ik heb dat op de fiets verdiend en ook door zuinig te leven.”
“Ik reed altijd de koers uit, want zelfs de kleinste geldprijs was mij niet te min.”
“Na de koers reed ik onmiddellijk weer naar huis.”
“Geen cafés, minnaressen of bordelen voor mij, iets waar de anderen hun geld wel achterlieten.”

Jan heerste in de kermiskoersen.
Wie wilde winnen, kwam best eens met Jan praten.
Iets wat velen hebben gedaan.


G.V.
19/01/2022