Komt er een einde aan de Absolute Macht van de voorzitter?

Voorzitter Bart Meganck – goed bezig met de campingmoord – heeft het wel eens moeilijk met de discretionaire macht die hem, strafwetboek in de hand en rode toga om het lijf, wordt toegekend om in een assisenproces naar de waarheid te zoeken. Dan toch minstens met de manier waarop van hoog naar laag wordt gecommuniceerd. Hij is niet de enige, toegegeven.



Ditmaal riskeren we dat Jean-Claude Lacote en Hilde Van Acker, het zogeheten duivelskoppel dat al tweemaal door het Hof van Assisen in Brugge werd veroordeeld voor de moord op Marcus Mitchel in Wenduine, anno 1996, een derde proces krijgt, als geschenk van het Grondwettelijk Hof dat, op vraag van het Hof van Cassatie, nu heeft vastgesteld dat voortaan ook cassatieberoep moet kunnen ingesteld worden tegen de weigering van een voorzitter van het Hof van Assisen om een bepaalde getuige op te roepen. En die voorzitter was …Bart Meganck.


Zulke weigeringen gebeuren wel vaker maar meestal komt daar dan verder niks van. Ditmaal wel, na de veroordeling tot 30 en 24 jaar, trokken de advocaten Kris Vincke, Filip De Reuse en Bram Casier naar het Hof van Cassatie met gejammer over de weigering van voorzitter Bart Meganck – zonder enige motivering – om enkele van hun getuigen NIET op te roepen.


Het Hof van Cassatie wist het ook niet zo zeker en schoof de vraag door naar het Grondwettelijk Hof en dat Grondwettelijk Hof oordeelde dat dit voortaan niet meer zal kunnen en mogen.



Dat wil nog niet zeggen dat het proces Lacote-Van Acker aan een derde editie toe is. Het Hof van Cassatie zal nu moeten oordelen of de virtuele misstap van de voorzitter invloed heeft gehad op de uiteindelijke schuldigverklaring.



De discretionaire, te lezen als allesomvattende macht die een voorzitter van het Hof van Assisen meekrijgt om te waarheid te achterhalen, is dat een vrijgeleide om getuigen belachelijk te maken, af te blaffen en nog meer?

Die vraag heb ik me de voorbije jaren al vaak gesteld in het gemeenschappelijk ressort Brugge en Gent.

Misschien kan de Kamercommissie justitie, die zich veelal met onzin bezighoudt, nuttig werk doen en deze kwestie eens bekijken na het langdradige proces in Brugge over de campingmoord 2017, een nogal bloederige aangelegenheid, een zwarte komedie binnen de marginaliteit.