Serie 05 – Willem Elsschot (in 1908) – Bij het doodsbed van een kind“De aarde is niet uit haar baan gedreven”

BIJ HET DOODSBED VAN EEN KIND

De aarde is niet uit haar baan gedreven
toen uw hartje stil bleef staan,
de sterren zijn niet uitgegaan
en ’t huis is overeind gebleven
.


Maar al ’t geklaag en dof gesnik,
zelfs onder ’t troostend koffiedrinken,
het kon uw stem niet op doen klinken,
noch licht ontsteken in uw blik.


Gij zult wel nimmermeer ontwaken,
want gij bleeft roerloos toen de trap
zoo kraakte bij den stillen stap
des mans, die kwam om toe te maken.


Ziet, lieve menschen, ’t is volbracht,
Wat gaan wij doen? Wij konden bidden,
dan blijf ik nog wat in uw midden,
gij krijgt toch wel geen slaap vannacht.


En heeft een uwer een ervaren
en hooggeleerd en vruchtbaar brein:
hij zegge mij of ’t waar kan zijn
dat haar de wormen zullen sparen.



Rotterdam 1908
(Uit verzameld werk Willem Elsschot)