Jussi Ondin, genoemd als de grootste gangster van Europa

Proces tegen de Zweeds-Hongaarse Jussi Ondin (46), alias Tore Klangarv, zogezegd één van de grootste gangsters ooit.


We schrijven april 1987. Jussi Ondin wordt na een spraakmakende politieactie voor dood neergeschoten vlakbij de Grote Markt in Turnhout nadat hij eerder in Lanaken een agent had doodgeschoten waarna een klopjacht begon die eindigde met een vuurgevecht in de straten van Turnhout.

Vijf jaar na de feiten stond hij terecht voor het Hof van Assisen in Tongeren dat toen ongewoon streng werd bewaakt.

Uit ons boek Prijs van het Gelijk (1989)


Turnhout:
een dagje bloed, tranen en kogels

TONGEREN, gerechtshof, 15 mei 1989 –

Jussi Ondin stond terecht op beschuldiging van moord, moordpogingen, gijzelingen, inbraken, diefstallen, enz…

Na een wilde schietpartij op de Turnhoutse Grote Markt werd Ondin op zaterdag 4 april 1987 neergeschoten en overmeesterd.
Vanuit heel Europa komen journalisten.
Speciaal voor hem diende het gerechtsgebouw verbouwd en werden een 7-tal andere zaken uitgesteld.
Het kost de belastingsbetaler 10 miljoen (Belgische frank, gv) om te verhinderen dat Ondin zou ontsnappen of door leden van een gangsterbende worden bevrijd of gelikwideerd.


Kogels vanuit de ogen

Eerst wist men niet waar Ondin zou moeten terechtstaan.
Drie landen vragen zijn uitlevering.
In België had hij in 3 provincies misdaden gepleegd die hem voor een Hof van Assisen zouden kunnen brengen.
Het werd Tongeren.

Met een dossier voorgebracht door de jonge, mooie Openbare Aanklager Fabienne Schraepen

Een vrouw met ogen waaruit geregeld kogels worden afgevuurd.
Het is haar eerste zaak.
Vreemd dat voor zo’n proces geen substituut-procureur-generaal kon worden afgevaardigd.


Agent zonder pardon doodgeschoten

Ondin heeft geen cent op zak en kreeg twee pleiters pro deo.

De zwaarste beschuldigingen die tegen Jussi Ondin worden ingebracht, zijn de gebeurtenissen van 16 januari 1987 toen hij, samen met zijn later ontsnapte spitsbroeder Istvan Hegedus, te Veldwezelt-Lanaken rijkswachters Luc Verstappen en Paul Aengeveld neerschoot bij een identiteitscontrole.
Luc bleef ter plaatse dood.
Paul is nooit hersteld van zijn verwondingen.

Een klopjacht leidde op 4 april 1987 tot een schietpartij op de Grote Markt te Turnhout: moordpoging op rijkswachters Frans Feyaerts, Yvo Leeman en politieman Walter Peeters.

Ondin verschijnt alleen voor zijn rechters.
Zijn spitsbroeder werd niet uitgeleverd.
De Belgische justitie wachtte lang genoeg.

Zijn advocaten hebben maar één doel: de doodstraf ontlopen en alles erop zetten om de strafmaat tot levenslang te verlagen.
Zo zou Ondin nog voor het jaar 2000 weer naar Zweden mogen, om daar de rest van zijn straf uit te zitten.


“Ik had geen keuze”

Ondin houdt van bangmakende logica.


Eén van zijn verklaringen:
-“Ik kan niet begrijpen dat in België politie of rijkswacht zo’n risico’s neemt.”
-“Weten zij niets beters dan de strijd tegen het banditisme te voeren met revolvers in de hand?”
-“Wat kunnen wij dan anders dan ook te schieten, en raak?”
-“Ik betreur dat er doden vallen.”
-“Dat hoeft niet.”
-“Indien men ons wil arresteren, bestaan er toch andere middelen dan op ons af te stormen, met de wapens in de hand en schietend?”
-“Wat ik doe, is een vorm van zelfverdediging.”
-“Het is HUN geweld, dat tegengeweld uitlokt.”
-“De politiediensten hebben me geen andere keuze gelaten.”
-“Ik MOEST me schietend verdedigen.”
-“Jammer voor de doden.”
-“In het leven bestaat maar één gerechtigheid, namelijk dat elke mens, wie hij ook moge zijn, ooit het aardse bestaan moet verlaten…”

Ontboezemingen van een filosoof die leeft met het wapen in de hand en de beste jaren van zijn leven doorbracht in gevangenissen allerhande.
De misdaden waarvoor hij in Tongeren terechtstaat, pleegde hij nadat hij na een penitentiair verlof niet naar de cel terugkeerde.


Als in een gangsterfilm

Zijn levensverhaal is als de beste gangsterfilm.

Hij werd geboren in Hongarije maar kon in 1956, als 13-jarige, het land uitvluchten tijdens de Hongaarse Opstand.
Na 10 jaar Duitsland, wijkt hij uit naar Zweden, waar hij huwt.
Hij wordt driemaal vader.
Hij verwerft de Zweedse nationaliteit, komt eerlijk aan de kost als lasser en neemt 3 jaar verlof om studies te volgen aan de universiteit in zogeheten “maatschappijleer”.

Wanneer hij met die kennis in 1977 een antiekhandel opzet te Zweden, loopt het mis.

Hij wordt betrapt tijdens een inbraak in een museum.
Het leven als crimineel begint.

Aanhoudingen, uitbraken, een vlucht naar Zuid-Amerika, roofovervallen in Brazilië en Europa: Italië, België, Zweden, Denemarken.

Eind 1986 plundert hij in bendeverband een legerdepot en legt ’n voorraad aan die o.a. 25.000 kg. zware munitie omvat.

Tijdens één van die tochten wordt hij door een rijkswachtpatrouille te Lanaken tot staan gebracht.

Hij schiet zijn eerste rijkswachter neer.
Er zouden er nog volgen.
Eén dood, 3 levenslang verminkt.
Vanuit de syndicaten van rijkswacht en politie wordt de doodstraf geëist.
Geen Openbare Aanklager durft dat negeren, ook al worden zelden nog doodstraffen geëist, uit humanitaire overwegingen.


Is dat de nieuwe Justitie?

TONGEREN, gerechtshof, 22 mei 1989

Twee volle weken worden uitgetrokken om de gangster de kans te geven zich, in naam van het Belgische grondwettelijke recht op gelijk, tegenover ’n jury van 12 Limburgse vrouwen en mannen, te verantwoorden.



Jussi Ondin maakt zich geen illusies over de uitspraak.
Tijdens z’n gedwongen verblijf achter Belgische tralies heeft hij zich aangemeld als ’n humorist en iemand met ’n merkwaardige levensfilosofie.
Hij voelt zich in geweten niet schuldig aan de doden en de verminkten.

Hij gaat ervan uit dat zij hun eigen ongeluk hebben gezocht door tegen hem ’n vuurwapen te trekken.
Hij doet zich voor als een Robin Hood die nooit arme mensen besteelt.
Hij gaat alleen geld en goed “halen” bij diegenen die het kunnen missen.

Justitie is bang voor deze man.
Bang dat hij zou ontsnappen.
Bang dat hij hulp zou krijgen van buitenuit.
Iets wat moet kunnen in dit kleine, uitgeleefde bijna bouwvallige gerechtsgebouw.


Wachten op ontsnapping

De media maakt de goedgelovigen wijs dat er iets gaat gebeuren.

De eerste maal dat in dit kleine, oncomfortabele gerechtsgebouw tientallen rijkswachters postvatten.
Elke deur, elke raam, elke trap wordt bewaakt.
In de kelder werden speciale cellen gemetseld.

Voor het publiek is er amper plaats, hoewel de Belgische wet openbaarheid van debatten waarborgt.

Viermaal per dag zal Ondin naar de gevangenis te Tongeren worden overgebracht.
Een kort ritje.
Toch wordt de route telkens gewijzigd.
Veiligheidsmaatregelen zoals tijdens het proces tegen de leden van de CCC te Brussel.

De rijkswacht gaat ervan uit dat plannen bestaan om hem te bevrijden.

Ten tijde van de wedersamenstelling in oktober 1987 bestond zeker zo’n plan.
De internationale bende waarvan hij deel uitmaakt en die tijdens menig vuurgevecht manschappen verloor, heeft al vaker voor stunts gezorgd.

In Zweden werd ooit van buiten een deel van de gevangenis gedynamiteerd zodat men kon ontsnappen.
In Nederland werd Ondin uit de Bijlmeergevangenis gehaald door een stoutmoedig commando.

Wat in Zweden en Nederland lukte, moet ook in Tongeren kunnen.

Sedert zijn aanhouding behoort hij tot de best bewaakte gevangenen van België.
Om op alles voorbereid te zijn, zal in de stad geregeld identiteitscontrole worden uitgevoerd.

Juryleden zijn niet te benijden.
Opvallend veel kandidaat-gezworenen brengen een doktersbriefje binnen, of stuurden hun oproepingsbrief terug.


De mooiste bloemen zijn voor jou

TONGEREN, gerechtshof, 26 mei 1989

“Het werd me onmogelijk gemaakt bloemen te kopen.
Zoniet zou ik je hier en nu een grote ruiker hebben aangeboden.
Wat je hebt gedaan, was prachtig.
Ik zal je nooit vergeten.”

Met deze woorden nam Ondin afscheid van de Tongerse tolk Godelieve Gijbels die dagenlang, uren aan één stuk, vanuit het Nederlands naar het Duits had vertaald en ongewild het belangrijkste personage was geworden.

Toen Hof en jury de doodstraf uitspraken, hoefde ze niet te vertalen.

“Ik heb het begrepen” mompelde Ondin die zich gewillig tweemaal liet boeien, aan een ketting werd vastgelegd en tussen 5 rijkswachters in de kelder van het ’s lands kleinste justitiepaleis verdween.


Wat mensen andere mensen aandoen

De doodstraf.
De Openbare Aanklager kon niet anders.
Rijkswacht en politie zouden nooit hebben aanvaard dat zelfs de kleinste verzachtende omstandigheid voor Ondin zou worden aanvaard.

Tijdens het vuurgevecht te Turnhout werd de jonge Nederlander Joop Heeren, met wie hij de nacht voordien uit de gevangenis van Amsterdam was ontsnapt, doodgeschoten terwijl ook Ondin zwaargewond werd.

Ondin overleefde, verklikte niets of niemand en stond thans als enige van een internationale gangsterbende terecht.

Toen hem gevraagd werd of hij tijdens zijn Braziliaanse tochten en zijn verblijf in Sao Paulo Patrick Haemers ontmoette of iets afweet van diens activiteiten, speelde een lachje om zijn mond.

-“Verontschuldig me, maar ik erken mijn eigen fouten, maar vraag niet naar iemand anders.”

Hij beweerde tijdens zijn slotwoord dat hij een andere mens is geworden.

Hoewel vaak onderbroken door voorzitter Colla kreeg Ondin toch de kans uit te leggen dat hij betreurt tot wat mensen tegenover andere mensen in staat zijn.

-“Die levenslange zware verminkingen van mijn slachtoffers grijpen mij aan, maar op dat ogenblik was het hun leven of mijn leven.”
-“Ik had geen keuze.”
-“Deze mannen waren mijn vijanden niet.”
-“Ik heb geen vijanden.”
-“Ik reageer alleen maar…”
-“Er is een geestelijke rust over mij gekomen.”

-“Indien de rijkswachters die me bewaken, hun wapen aan mij zouden geven, dan zou ik het gewoon teruggeven.”
-“Nooit meer wapens voor mij, nooit meer geweld.”
-“Ik vraag geen vergiffenis.”
-“Ik vraag alleen of men zou willen inzien dat ik niet werd geboren als de Ondin die hier werd afgeschilderd als de grootste misdadiger ter wereld.”


“Ik ben geen moordenaar”

Tijdens het proces zegde hij niet veel, maar aan zijn laatste woord kwam geen einde.

Ondin:
-“Tot mijn 34ste leidde ik een voorbeeldig leven.”
-“Dan is er de geboorte geweest van mijn derde kindje, een mongooltje.”
-“Ik ben toen thuis gebleven om de huishouding te doen terwijl mijn vrouw met haar universitaire diploma’s buitenhuis meer kon verdienen.”

-“Ik ben met de politie in aanraking gekomen als handelaar in antiek.”
-“Er volgden te zware straffen.”
-“Ik werd opstandig.”
-“Mijn tochten zijn dan begonnen.”
-“In alle landen had ik nare ervaringen met politie en rijkswacht.”
-“Ik werd afgeperst.”
-“Het geld dat ik gestolen had, staken ze zelf op zak.”

-“Toen ik in België tegen mijn wil tegenover gewapende rijkswachters stond, heb ik geschoten uit reflex, uit angst voor de gevangenis, uit onzekerheid.”
-“Van voorbedachtheid is geen sprake.”

-“Ik heb een inbreuk gepleegd op de wetten van God, ik aanvaard mijn lot.”
-“Ja, doden mag niet.”
-“Maar jullie mogen ook mij niet doden.”

Deze en andere wijsheden stortte Ondin uit over de hoofden van de jury.
Hij vocht niet met wapens, maar met woorden.
In vijf talen.

Zijn woorden werden de wereld rondgeseind via leden van de Zweedse ambassade en via journalisten uit Zweden, Frankrijk en Nederland.
“Ik ben geen moordenaar!” besloot hij zijn vooraf geschreven speech in een muisstille zaal.


Vechten met woorden

Hij heeft niets gedaan om te ontsnappen.

Misschien tot spijt van de rijkswachters die op zo’n uitbraakpoging hadden gerekend om korte metten te maken met deze man.

De jury was bang voor hem.
Toen de voorzitter aan het begin van het proces vroeg wie van de 60 kandidaat-juryleden meende een geldige reden te hebben om niet te moeten zetelen, werd hij onder de voet gelopen.

Vijf kandidaten waren thuis gebleven, 4 waren met vakantie en onvindbaar, 6 legden een doktersattest voor en 3 konden zich op hun werk niet “vrij” maken.

Twintig anderen smeekten de voorzitter om vrijstelling.

Alles moest worden afgewezen, zoniet kon het proces niet beginnen.
Alweer een reden om te schrijven over het bankroet van het Belgisch jurysysteem.

Ondin heeft zich niet laten afslachten.
Ditmaal heeft hij niet met kogels, maar met woorden onheil aangericht.
Hij had opmerkingen die alleen uit de mond kunnen komen van iemand die niets te verliezen heeft.

Hij had antwoord op hetgeen de experten van het gerecht kwamen verklaren.
Tegen zijn logica waren weinigen bestand.
De voorzitter snoerde hem de mond.


Hij heeft gelijk of toch een klein beetje

Zo merkte hij tegenover de aristocratische onderzoeksrechter Nicole Vrints op dat zij hem verklaringen liet ondertekenen toen hij na zijn zware longoperatie uit de narcose ontwaakte.

-“Is dat de stijl in België?” vroeg hij.
-“Wie begint er nu te schieten op een auto mét gijzelaars op een bomvol marktplein?”

Ondin had het niet zo moeilijk om het psychiatrisch verslag tot op de grond af te breken, vooral wanneer bleek dat de drie zielkundigen zich hadden beperkt tot een korte babbel in een gevangenishokje met een gebonden en geboeide Ondin.
Er was zelfs glas tussen hen.
Het gesprek met de psychiaters verliep via een Zweedse tolk.

Blijft de vraag waarom dit proces, dat in het buitenland een enorme weerklank kreeg, in het te klein gerechtshof te Tongeren werd opgevoerd?


Omwille van de schietpartij in Turnhout had men de zaak in de monumentale assisenzaal van Antwerpen kunnen houden.

Ondin, die perfect Frans en Duits spreekt, had ook voor het Hof van Assisen te Luik kunnen verschijnen.

Het buitenland moet nu verder met een negatief beeld van de Belgische rechtspraak.

Ze konden horen dat meestal werd vergeten het Duits van Ondin naar het Nederlands te vertalen.

Buitenlandse journalisten konden hun ogen niet geloven toen ze op de zonnige terrasjes speurders, getuigen, magistraten, advocaten, jury en reporters aan dezelfde tafeltjes zagen zitten.

Er werden zeker procedurefouten begaan.
De twee jonge advocaten lieten enige van die nalatigheden op het zittingsblad noteren en zien hierin een grond om in cassatie te gaan voor een tweede proces.

Bijzonder hun vaststelling dat de advocaten van de Burgerlijke Partij praatten met de juryleden, is een troef terzake.

Ze hebben de voorzitter verplicht daarover een tussenarrest te vellen.

Inmiddels blijft Ondin bij zijn uitspraak: “De jury werd beïnvloed.”

Velen zullen het proces Ondin onthouden als de assiseninstap van de leuke, blonde, Turnhoutse advocate Rita Heylen die als enige erin slaagde de jury te doen wenen met haar beschrijving van de lijdensweg van agent Walter Peeters.

Drie maanden later haalde Ondin opnieuw de krant.
Zijn verzoek tot cassatie werd verworpen en hij begon aan een hongerstaking uit protest tegen de onmenselijke omstandigheden van zijn opsluiting.

Daarna is het stil geworden rond Jussi Ondin die al snel naar een gevangenis in Zweden werd getransfereerd.
Zweden waar het gevangenisregime soepeler is en het systeem van het intiem bezoek bestaat.

Eind 2005 werd hij dood gevonden in een Zweedse cel.


HOF VAN ASSISEN TONGEREN
Maandag 22 mei 1989

Beschuldigde:
Jussi Ondin
(Hongarije, 1943)

Slachtoffers:
Luc Verstappen
(Opgrimbie, 1958)

Paul Aengeveld
(Maasmechelen, 1951)


Walter Peeters
(Tielen, 1952)

Ivo Leemans
(Ravels, 1954)

Frans Feyaerts
(Turnhout, 1954)


Aanklacht:
1
Veldwezelt,
vrijdag 16 januari 1987,
moord en moordpoging

2
Turnhout,
zaterdag 4 april 1987, moordpogingen


Voorzitter:
Marcel Colla

Openbare Aanklager:
Fabienne Schraepen

Griffier
Joseph Peeters

Onderzoeksrechters:
Nicole Vrints en Hilaire D’Hooghe


Burgerlijke Partij:
Jan Ruiters en Emile Jagenau (rijkswachtsyndicaat)

Gerard Kindermans en Rita Heylen (Walter Peeters)
Theo Germeys (Belgische Staat)
Arie Sas (ziekenkas)

Verdediging:
Frederik Reard,
Carlo Adams
en Lars Kaurnitz (Zweden)

Volksjury:
6 vrouwen, 6 mannen

Arrest:
doodstraf